Wet Overgang Onderneming Pensioen: Bescherm je pensioen bij bedrijfsoverdracht

Inleiding

Bij een overgang van onderneming, zoals een fusie of overname, gaan de rechten en plichten van werknemers in beginsel automatisch over op de nieuwe werkgever. Dit geldt ook voor de pensioenregeling. De Wet Overgang van Onderneming (WOO) regelt deze overgang en zorgt ervoor dat werknemers hun opgebouwde pensioenrechten behouden. In dit artikel bespreken we de juridische basis van de WOO en de rechten en plichten die bij een overgang van onderneming van belang zijn voor pensioen.

De juridische basis

De juridische basis voor de overgang van onderneming en pensioenrechten is te vinden in de Nederlandse wetgeving, met name in artikel 7⁚662 e.v. BW. Deze wettelijke regeling is een implementatie van een Europese richtlijn die de bescherming van werknemers bij overgang van ondernemingen beoogt. De kern van de regeling is vastgelegd in artikel 7⁚663 BW, waarin staat dat de rechten en plichten die op het tijdstip van de overgang voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst van de werkzame personen, ook overgaan op de verkrijger van de onderneming.

De wetgever heeft met de WOO een beschermingsmechanisme gecreëerd om te voorkomen dat werknemers na een overgang van onderneming in een nadeliger positie komen. De regeling is er op gericht dat werknemers hun arbeidsvoorwaarden, inclusief hun pensioenrechten, behouden. Dit betekent dat de nieuwe werkgever gebonden is aan de afspraken die de oude werkgever met de werknemers had gemaakt.

De WOO is niet alleen van toepassing op fusies en overnames, maar ook op andere vormen van overgang van onderneming, zoals outsourcing, splitsing en uitbesteding. In veel gevallen zal bij deze vormen van overgang de Wet overgang van onderneming van toepassing zijn. Daarbij gaan de betrokken werknemers in beginsel automatisch mee over naar de insourcer met behoud van hun rechten en plichten.

De WOO bevat echter ook een aantal uitzonderingen. Zo kan de nieuwe werkgever een andere pensioenregeling aanbieden aan de overgenomen werknemers, mits deze regeling niet nadeliger is dan de oude regeling. Ook kan de nieuwe werkgever verplicht zijn om een bijdrage te leveren in een verdere pensioenopbouw van de medewerker, als de nieuwe werkgever moet deelnemen in een bedrijfspensioenfonds (art. 7⁚664 lid 1 sub b BW).

De regels rondom pensioen bij overgang van onderneming zijn complex en er zijn veel verschillende aspecten die van belang zijn. Het is daarom belangrijk om goed te informeren wat de rechten en plichten zijn in een specifieke situatie.

Welke rechten en plichten gaan over?

De Wet Overgang van Onderneming (WOO) bepaalt dat bij een overgang van onderneming alle rechten en plichten van de werknemers van rechtswege overgaan naar de nieuwe werkgever. Dit betekent dat de werknemers niet opnieuw hoeven te onderhandelen over hun arbeidsvoorwaarden, inclusief hun pensioenrechten. De werknemer mag niet in een nadeliger positie komen dan die hij had voor de overgang. Alle rechten en plichten gaan over, dus ook de rechten die over langere periode zijn opgebouwd. Denk bijvoorbeeld aan⁚

• cao;
• bedrijfseigen arbeidsvoorwaarden;
• pensioen;
• transitievergoeding;
• Wet overgang van onderneming.

De overname van rechten en plichten geldt voor alle arbeidsvoorwaarden, dus ook voor een concurrentiebeding. Echter, met betrekking tot het recht op pensioen zijn er enkele belangrijke uitzonderingen. Het pensioenrecht gaat niet automatisch over op de nieuwe werkgever. De werkgever die de onderneming overneemt is ook gebonden aan de CAO die van toepassing is op het overgenomen personeel voor de datum van overgang.

De nieuwe werkgever kan een andere pensioenregeling aanbieden, maar deze mag niet nadeliger zijn dan de oude regeling. In sommige gevallen kan de nieuwe werkgever verplicht zijn om een bijdrage te leveren aan de pensioenopbouw van de werknemers. Dit is het geval wanneer de nieuwe werkgever moet deelnemen aan een bedrijfspensioenfonds.

De werknemer heeft in principe recht op voortzetting van de pensioenopbouw. Dit recht heeft hij tegenover een rechtspersoon (stichting, verzekeraar, bank) die de ingebrachte gelden beheert en te zijner tijd moet uitkeren. De nieuwe werkgever kan echter niet verplicht worden om de oude pensioenregeling te blijven toepassen.

Het is belangrijk om te weten dat de WOO niet alle aspecten van pensioen bij overgang van onderneming regelt. Er zijn nog een aantal andere wetten en regelingen die van toepassing kunnen zijn, zoals de Pensioenwet en de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Het is daarom aan te raden om juridisch advies in te winnen om te bepalen wat de rechten en plichten zijn in een specifieke situatie.

Pensioenrechten bij overgang van onderneming

Bij een overgang van onderneming gaan de pensioenrechten van de werknemers in beginsel mee over naar de nieuwe werkgever; De werknemer blijft dus recht houden op het pensioen dat hij heeft opgebouwd bij de oude werkgever. De nieuwe werkgever is dan verantwoordelijk voor de verdere opbouw van het pensioen. Dit betekent dat de werknemer zijn pensioenrechten niet verliest en dat de opbouw van zijn pensioen ononderbroken doorloopt.

De hoofdregel is dat de pensioenregeling van werknemers ook mee overgaat op de nieuwe werkgever, maar op deze hoofdregel zijn een aantal belangrijke uitzonderingen. De Richtlijn staat expliciet toe dat rechten en plichten uit de pensioenovereenkomst niet mee over gaan. De nieuwe werkgever kan een andere pensioenregeling aanbieden, maar deze mag niet nadeliger zijn dan de oude regeling.

Een belangrijk punt van aandacht is de voortzetting van de pensioenopbouw. De nieuwe werkgever is niet automatisch verplicht om de oude pensioenregeling te blijven toepassen. In sommige gevallen kan de nieuwe werkgever verplicht zijn om een bijdrage te leveren aan de pensioenopbouw van de werknemers. Dit is het geval wanneer de nieuwe werkgever moet deelnemen aan een bedrijfspensioenfonds.

De pensioenwetgeving bevat een aantal specifieke bepalingen met betrekking tot pensioen bij overgang van onderneming. Deze bepalingen zijn bedoeld om te zorgen dat werknemers hun pensioenrechten behouden en dat de pensioenopbouw ononderbroken doorloopt.

Het is belangrijk om te weten dat de Wet Overgang van Onderneming niet alle aspecten van pensioen bij overgang van onderneming regelt. Er zijn nog een aantal andere wetten en regelingen die van toepassing kunnen zijn, zoals de Pensioenwet en de Wet op de ondernemingsraden (WOR). Het is daarom aan te raden om juridisch advies in te winnen om te bepalen wat de rechten en plichten zijn in een specifieke situatie.

Conclusie

De Wet Overgang van Onderneming (WOO) biedt belangrijke bescherming voor werknemers bij een overgang van onderneming, waaronder de bescherming van hun pensioenrechten. De hoofdregel is dat alle rechten en plichten van de werknemers, inclusief hun pensioenrechten, van rechtswege overgaan naar de nieuwe werkgever. Dit betekent dat de werknemers niet opnieuw hoeven te onderhandelen over hun arbeidsvoorwaarden en dat de opbouw van hun pensioen ononderbroken doorloopt.

De WOO bevat echter ook een aantal uitzonderingen, zoals de mogelijkheid voor de nieuwe werkgever om een andere pensioenregeling aan te bieden, mits deze niet nadeliger is dan de oude regeling. Ook kan de nieuwe werkgever verplicht zijn om een bijdrage te leveren aan de pensioenopbouw van de werknemers, als de nieuwe werkgever moet deelnemen aan een bedrijfspensioenfonds.

De pensioenwetgeving is complex en er zijn veel verschillende aspecten die van belang zijn. Het is daarom belangrijk om goed te informeren wat de rechten en plichten zijn in een specifieke situatie. Het is aan te raden om juridisch advies in te winnen om te bepalen wat de rechten en plichten zijn in een specifieke situatie.

De WOO zorgt ervoor dat werknemers hun pensioenrechten behouden bij een overgang van onderneming. Dit is een belangrijke bescherming voor werknemers, omdat het hun financiële toekomst zekerheid biedt.