Inkomstenbelasting 2018: schijven, tarieven en berekening

Inleiding

De inkomstenbelasting wordt in Nederland berekend aan de hand van belastingschijven. Dit betekent dat het belastingtarief dat u betaalt afhangt van de hoogte van uw inkomen. In 2018 waren er vier belastingschijven in box 1, met verschillende tarieven. Het tarief voor de eerste schijf bleef hetzelfde als in 2017, terwijl de tarieven voor de tweede en derde schijf met 0,05 procentpunt omhoog gingen. Het tarief van de vierde schijf daalde juist met 0,05 procentpunt. De eerste, tweede en derde schijf werden in 2018 ook verlengd. In deze gids bespreken we alles wat u moet weten over de belastingschijven in 2018, inclusief de tarieven, de verschillende boxen en de AOW-leeftijd.

Belastingschijven in box 1

In box 1 van de inkomstenbelasting wordt uw inkomen uit werk en woning belast. Dit omvat uw loon, winst uit onderneming, inkomsten uit verhuur van uw eigen woning en andere inkomsten. Voor 2018 waren er vier belastingschijven in box 1, met verschillende tarieven. Deze tarieven waren afhankelijk van uw leeftijd en of u de AOW-leeftijd al had bereikt. De hoogte van uw belastbaar inkomen in box 1 bepaalt het tarief dat u in elke schijf betaalt. In 2018 waren de tarieven in de eerste twee schijven afhankelijk van de maand waarin u de AOW-leeftijd bereikte. Als u de AOW-leeftijd nog niet had bereikt, betaalde u over uw inkomen in box 1 ook premie volksverzekeringen.

Hieronder ziet u een overzicht van de belastingschijven in box 1 voor 2018, inclusief de tarieven en de premie volksverzekeringen⁚

• Schijf 1⁚ Tot en met €20.142⁚ 18,65% (inclusief premie volksverzekeringen)
• Schijf 2⁚ Van €20.143 tot €33.994⁚ 22,95% (inclusief premie volksverzekeringen)
• Schijf 3⁚ Van €33.995 tot €68;507⁚ 40,85% (inclusief premie volksverzekeringen)
• Schijf 4⁚ Vanaf €68.508⁚ 51,95%

Voor mensen die de AOW-leeftijd hadden bereikt, gold in de eerste twee schijven een lager tarief omdat zij geen AOW-premie hoefden te betalen. De premie volksverzekeringen wordt berekend over uw inkomen in box 1.

Belastingschijven voor 65-plussers

In 2018 hadden 65-plussers een gunstiger tarief in de inkomstenbelasting dan mensen die de AOW-leeftijd nog niet hadden bereikt. Dit kwam omdat zij geen AOW-premie hoefden te betalen. De belastingschijven voor 65-plussers in 2018 waren als volgt⁚

• Schijf 1⁚ Tot en met €20.142⁚ 18,65%
• Schijf 2⁚ Van €20.143 tot €33.994⁚ 22,95%
• Schijf 3⁚ Van €33.995 tot €68.507⁚ 40,85%
• Schijf 4⁚ Vanaf €68.508⁚ 51,95%

Het is belangrijk op te merken dat het tarief voor de eerste twee schijven afhankelijk was van de maand waarin de AOW-leeftijd werd bereikt. Als u de AOW-leeftijd in september bereikte, was het percentage voor de eerste schijf 30,58%. Dit percentage werd dan toegepast op uw hele inkomen, inclusief premie volksverzekeringen.

Dus, als u in 2018 de AOW-leeftijd bereikte, profiteerde u van een lager tarief in de eerste twee schijven, waardoor uw belastingaanslag lager uitviel.

Box 2⁚ aanmerkelijk belang

Box 2 van de inkomstenbelasting heeft betrekking op inkomen uit aanmerkelijk belang. Dit betekent dat u belasting betaalt over het inkomen dat u genereert uit een belang in een vennootschap, waarbij u een aanzienlijke invloed heeft op het beleid van die vennootschap; In 2018 waren er twee belastingschijven in box 2⁚

• Schijf 1⁚ Tot en met €67.000⁚ 24,50%
• Schijf 2⁚ Vanaf €67.000⁚ 33%

Dit betekent dat u over het inkomen uit aanmerkelijk belang tot en met €67.000 24,50% belasting betaalt. Voor het inkomen uit aanmerkelijk belang boven €67.000 betaalt u 33% belasting.

Het is belangrijk op te merken dat deze tarieven alleen van toepassing zijn op het inkomen uit aanmerkelijk belang. Uw andere inkomsten, zoals uw loon of inkomen uit werk en woning, worden in andere boxen van de inkomstenbelasting belast.

Om te bepalen of u belasting moet betalen in box 2, is het belangrijk om te bepalen of u een aanmerkelijk belang heeft in een vennootschap. De Belastingdienst heeft hiervoor een aantal criteria opgesteld.

Box 3⁚ sparen en beleggen

In box 3 van de inkomstenbelasting wordt uw inkomen uit sparen en beleggen belast. Dit betekent dat u belasting betaalt over het geschatte rendement op uw vermogen. De Belastingdienst berekent dit rendement aan de hand van een fictief rendement, dat afhankelijk is van de hoogte van uw vermogen; In 2018 bestond er een heffingsvrije vermogen, wat betekent dat u over het eerste deel van uw vermogen geen belasting betaalt. Het fictieve rendement voor box 3 in 2018 was als volgt⁚

• Schijf 1⁚ Tot en met €70.800⁚ 2,02% (boven de heffingsvrije vermogen)
• Schijf 2⁚ Van €70.801 tot €978.000⁚ 4,33%
• Schijf 3⁚ Vanaf €978.001⁚ 5,38%

Dit betekent dat u over het eerste deel van uw vermogen, tot en met €70.800, geen belasting betaalt. Over het vermogen tussen €70.801 en €978.000 wordt een fictief rendement van 4,33% berekend. Voor vermogen boven €978.000 wordt een fictief rendement van 5,38% gebruikt.

De Belastingdienst berekent uw belastingaanslag in box 3 aan de hand van uw vermogenssituatie op 1 januari van het jaar waarover u aangifte doet. U dient uw vermogen (uw bezittingen min uw schulden) te verminderen met uw heffingsvrije vermogen.