Bereken Je Inkomstenbelasting 2017: Een Simpele Handleiding

Inleiding

Ben je benieuwd hoeveel inkomstenbelasting je over 2017 moet betalen? Met deze stap-voor-stap handleiding kun je zelf eenvoudig je belastingbedrag berekenen․ Ontdek wat je kunt aftrekken en hoe je de verschillende belastingschijven kunt toepassen․ Met behulp van deze informatie kun je je voorbereiden op je aangifte en eventuele verrassingen voorkomen․

Stappenplan

Om je inkomstenbelasting over 2017 te berekenen, volg je deze stappen⁚

1. Belastbaar inkomen bepalen⁚ Dit is het inkomen waarover je daadwerkelijk belasting betaalt․ Begin met je bruto inkomen en trek daar alle aftrekposten van af․ Aftrekposten kunnen bijvoorbeeld zijn⁚ kosten voor je werk, studiekosten, giften aan goede doelen, rente op schulden, kosten voor de huur van een woning․
2. Belastingtarieven en schijven⁚ In Nederland wordt inkomstenbelasting geheven in verschillende schijven, waarbij elk schijf een eigen belastingtarief heeft․ Het belastingtarief is progressief, wat betekent dat je over een hoger inkomen een hoger percentage belasting betaalt․ In 2017 waren er drie schijven⁚
   • Schijf 1⁚ 36,93% over de eerste € 66․324 aan belastbaar inkomen․
   • Schijf 2⁚ 49,50% over het belastbaar inkomen tussen € 66․325 en € 130․692․
   • Schijf 3⁚ 52,00% over het belastbaar inkomen boven € 130․692․
3. Belasting berekenen per schijf⁚ Vermenigvuldig het bedrag van je belastbaar inkomen dat in elke schijf valt met het bijbehorende belastingtarief․
4. Totaal belastingbedrag⁚ Tel de bedragen die je in stap 3 hebt berekend bij elkaar op․ Dit is het totale bedrag aan inkomstenbelasting dat je over 2017 moet betalen․

Naast de belasting over je inkomen uit werk en woning (box 1), kan je ook belasting betalen over je vermogen (box 3)․ Het belastingtarief voor box 3 hangt af van de hoogte van je vermogen en kan in 2017 variëren tussen de 1,2% en 1,4%․

Het is belangrijk te weten dat je verschillende aftrekposten en heffingskortingen kunt toepassen om je belasting te verlagen․ In de volgende secties gaan we dieper in op aftrekposten en heffingskortingen․

Stap 1⁚ Belastbaar Inkomen Berekenen

Het belastbaar inkomen is het inkomen waarover je daadwerkelijk inkomstenbelasting betaalt․ Om dit te berekenen, begin je met je bruto inkomen uit werk en woning (box 1)․ Dit is het totale bedrag dat je in 2017 hebt verdiend, inclusief eventuele bonussen, vakantiegeld en overuren․

Vervolgens trek je alle aftrekposten af van je bruto inkomen․ Aftrekposten zijn kosten die je kunt aftrekken van je inkomen om je belasting te verlagen․ Enkele voorbeelden van aftrekposten in 2017 zijn⁚

• Kosten voor je werk⁚ Denk hierbij aan reiskosten, kosten voor opleidingen, werk- en zakelijke kosten․
• Studiekosten⁚ Je kunt kosten voor studie en opleiding aftrekken als je in 2017 studie of opleiding volgde․
• Giften aan goede doelen⁚ Als je in 2017 giften hebt gedaan aan goede doelen, kun je deze aftrekken van je inkomen․
• Rente op schulden⁚ Rente die je betaalt over schulden kan in sommige gevallen als aftrekpost worden gebruikt․
• Kosten voor de huur van een woning⁚ Als je in 2017 een woning huurde, kun je eventueel een deel van de huur aftrekken․

De aftrekposten die je kunt toepassen, hangen af van je persoonlijke situatie․ Raadpleeg de website van de Belastingdienst of een belastingadviseur voor meer informatie over aftrekposten die voor jou van toepassing zijn․

Het belastbaar inkomen is dus je bruto inkomen minus alle aftrekposten․ Dit is het inkomen waarover je in de volgende stappen de belasting gaat berekenen․

Stap 2⁚ Belastingtarieven en Schijven

In Nederland wordt inkomstenbelasting geheven in verschillende schijven, waarbij elk schijf een eigen belastingtarief heeft․ Het belastingtarief is progressief, wat betekent dat je over een hoger inkomen een hoger percentage belasting betaalt․ In 2017 waren er drie schijven⁚

1. Schijf 1⁚ 36,93% over de eerste € 66․324 aan belastbaar inkomen․
2. Schijf 2⁚ 49,50% over het belastbaar inkomen tussen € 66․325 en € 130․692․
3. Schijf 3⁚ 52,00% over het belastbaar inkomen boven € 130․692․

Het belastingtarief voor box 3, de belasting over je vermogen, was in 2017 afhankelijk van de hoogte van je vermogen․ Het tarief varieerde tussen de 1,2% en 1,4%․

Om te bepalen welk belastingtarief op welk deel van je inkomen van toepassing is, moet je je belastbaar inkomen verdelen over de verschillende schijven․ Als je bijvoorbeeld een belastbaar inkomen hebt van € 80․000, dan valt het eerste deel van € 66․324 in schijf 1, het tweede deel van € 13․676 in schijf 2․

In de volgende stap gaan we berekenen hoeveel belasting je per schijf moet betalen․

Stap 3⁚ Belasting Berekenen per Schijf

Nu je weet welk deel van je belastbaar inkomen in welke schijf valt, kun je de belasting per schijf berekenen․ Vermenigvuldig het bedrag van je belastbaar inkomen dat in elke schijf valt met het bijbehorende belastingtarief․

Neem bijvoorbeeld het voorbeeld van een belastbaar inkomen van € 80․000⁚

• Schijf 1⁚ € 66․324 x 36,93% = € 24․508,77
• Schijf 2⁚ € 13․676 x 49,50% = € 6․786,32

In dit voorbeeld is het totale belastingbedrag voor box 1 dus € 24․508,77 + € 6․786,32 = € 31․295,09․

Als je ook belasting moet betalen over je vermogen (box 3), moet je ook het belastingbedrag voor box 3 berekenen․ Vermenigvuldig je vermogen met het geldende tarief voor box 3․ Het tarief hangt af van de hoogte van je vermogen en varieerde in 2017 tussen de 1,2% en 1,4%․

In de volgende stap gaan we alle belastingbedragen bij elkaar optellen om het totale belastingbedrag te berekenen․

Stap 4⁚ Totaal Belastingbedrag

Nu je de belasting per schijf hebt berekend, kun je het totale belastingbedrag bepalen․ Tel alle belastingbedragen die je in stap 3 hebt berekend bij elkaar op․ Dit is het totale bedrag aan inkomstenbelasting dat je over 2017 moet betalen․

Als je bijvoorbeeld een belastbaar inkomen hebt van € 80․000 en een vermogen van € 100․000, en het belastingtarief voor box 3 is 1,3%, dan ziet de berekening er als volgt uit⁚

• Box 1⁚ € 31․295,09 (zoals berekend in stap 3)
• Box 3⁚ € 100․000 x 1,3% = € 1․300

Het totale belastingbedrag is dan € 31․295,09 + € 1․300 = € 32․595,09․

Het is belangrijk om te onthouden dat deze berekening een schatting is․ Je kunt je belastingbedrag verlagen door gebruik te maken van aftrekposten en heffingskortingen․

In de volgende secties gaan we dieper in op aftrekposten en heffingskortingen․

Aftrekposten

Aftrekposten zijn kosten die je kunt aftrekken van je inkomen om je belasting te verlagen․ De aftrekposten die je kunt toepassen, hangen af van je persoonlijke situatie․ Enkele voorbeelden van aftrekposten in 2017 zijn⁚

• Kosten voor je werk⁚ Denk hierbij aan reiskosten, kosten voor opleidingen, werk- en zakelijke kosten․
• Studiekosten⁚ Je kunt kosten voor studie en opleiding aftrekken als je in 2017 studie of opleiding volgde․
• Giften aan goede doelen⁚ Als je in 2017 giften hebt gedaan aan goede doelen, kun je deze aftrekken van je inkomen․
• Rente op schulden⁚ Rente die je betaalt over schulden kan in sommige gevallen als aftrekpost worden gebruikt․
• Kosten voor de huur van een woning⁚ Als je in 2017 een woning huurde, kun je eventueel een deel van de huur aftrekken․

Het is belangrijk te weten dat er verschillende regels zijn voor het toepassen van aftrekposten․ Soms moet je aan bepaalde voorwaarden voldoen om een aftrekpost te kunnen gebruiken․ Raadpleeg de website van de Belastingdienst of een belastingadviseur voor meer informatie over aftrekposten die voor jou van toepassing zijn․

Het toepassen van aftrekposten kan je belastingbedrag aanzienlijk verlagen․ Het is daarom belangrijk om te onderzoeken welke aftrekposten voor jou van toepassing zijn․

Heffingskortingen

Heffingskortingen zijn bedragen die je kunt aftrekken van de te betalen inkomstenbelasting․ Deze kortingen zijn bedoeld om de belastingdruk te verlagen voor bepaalde groepen mensen․ In 2017 waren er verschillende heffingskortingen, waaronder⁚

• Algemene heffingskorting⁚ Deze korting is voor iedereen van toepassing en bedraagt in 2017 € 2․166․
• Arbeidskorting⁚ Deze korting is bedoeld voor mensen die werken en is afhankelijk van je inkomen․ Hoe lager je inkomen, hoe hoger de arbeidskorting․
• Jonggehandicaptenkorting⁚ Deze korting is voor jongeren met een handicap en is bedoeld om de belastingdruk te verlagen․
• Korting voor ouderen⁚ Deze korting is voor mensen die 65 jaar of ouder zijn en is bedoeld om de belastingdruk te verlagen․

Naast deze algemene heffingskortingen, waren er in 2017 ook nog andere heffingskortingen, zoals de zorgkorting en de studiekorting;

Het is belangrijk om te weten dat je niet alle heffingskortingen kunt toepassen․ De heffingskortingen die voor jou van toepassing zijn, hangen af van je persoonlijke situatie․ Raadpleeg de website van de Belastingdienst of een belastingadviseur voor meer informatie over heffingskortingen die voor jou van toepassing zijn․

Het toepassen van heffingskortingen kan je belastingbedrag aanzienlijk verlagen․ Het is daarom belangrijk om te onderzoeken welke heffingskortingen voor jou van toepassing zijn․

Conclusie

Het berekenen van je inkomstenbelasting over 2017 kan complex lijken, maar met deze stap-voor-stap handleiding heb je een duidelijk beeld gekregen van het proces․ Je hebt geleerd hoe je je belastbaar inkomen kunt berekenen, hoe de verschillende belastingschijven werken en hoe je de belasting per schijf kunt berekenen․ Daarnaast heb je kennisgemaakt met de verschillende aftrekposten en heffingskortingen die je kunt toepassen om je belasting te verlagen․

Het is belangrijk om te onthouden dat deze handleiding alleen een algemene beschrijving geeft van het proces․ De exacte regels en voorwaarden kunnen per situatie verschillen․ Raadpleeg de website van de Belastingdienst of een belastingadviseur voor meer specifieke informatie over je eigen situatie․

Door deze handleiding te gebruiken, kun je zelf een schatting maken van je inkomstenbelasting over 2017․ Zo ben je goed voorbereid op je aangifte en voorkom je onaangename verrassingen․

Naast de inkomstenbelasting zijn er nog andere belastingen die je moet betalen, zoals de premie volksverzekeringen․ Deze premie wordt ingehouden op je loon en is bedoeld voor de financiering van de sociale zekerheid․